WCAG en toegankelijke media

Maak video, audio en animatie toegankelijk voor iedereen volgens de WCAG-criteria

Video’s, animaties en audio maken content levendig en aantrekkelijk. Het zorgt ervoor dat informatie makkelijk kan worden verkregen en begrepen. Maar, wat als je ze niet kunt zien of horen? Voor miljoenen mensen met een beperking zijn deze media juist een barrière. Gelukkig bieden de WCAG-richtlijnen (Web Content Accessibility Guidelines) duidelijke handvatten om ook op tijd gebaseerde media toegankelijk te maken. In dit artikel ontdek je welke eisen er gelden voor video, audio en animatie. Je krijgt een helder overzicht van de relevante WCAG-criteria, zodat je media-content waarneembaar is voor iedereen en animaties geen overlast veroorzaken.

Het allereerste principe in de WCAG is Waarneembaar. Volgens dit principe moet alle digitale content waargenomen kunnen worden voor iedere gebruiker. Ook als deze gebruiker niet kan horen of zien. Tekst kan met hulptechnologie omgezet worden naar spraak via bijvoorbeeld schermlezers of naar tactiele informatie via een brailleleesregel. Tekst is dus waarneembaar. Ook als je een visuele of andere leesbeperking hebt. Niet-tekstuele content zoals afbeeldingen, video en audio kunnen met hulpsoftware niet direct omgezet worden naar een andere vorm. Daarom moet voor die media een alternatief geleverd worden.  

In WCAG-richtlijn 1.1 wordt gesproken over tekstalternatieven. Op het moment dat media zoals video, audio of een animatie onderdeel uitmaakt van digitale content, moet met een (kort) tekstalternatief beschreven worden wat de media betreft. Bijvoorbeeld door de titel van een video te vermelden. Meer hierover is beschreven onder thema: Beeld en toegankelijk publiceren.  

Een aanduiding van een audiofragment of een video volgens richtlijn 1.1 is waardevol, maar nog niet voldoende. Hierin wordt immers niet de inhoud van de video of audio beschreven. WCAG-richtlijn 1.2 Op tijd gebaseerde media beschrijft wel hoe en wanneer media inhoudelijk beschreven moet worden. Op tijd gebaseerde media is een WCAG-term, waarmee alles bedoeld wordt dat gebaseerd is op een tijdlijn. Dus, waarbij tijd passeert bij het waarnemen of gebruiken. Simpel gezegd valt hieronder: video, audio en animaties eventueel gecombineerd met interactie. 

Dit artikel beschrijft eerst welke criteria er zijn voor de visuele informatie die je overdraagt via media. Daarna gaat het artikel in op criteria relevant voor audio. Ten slotte zullen we nog twee criteria benoemen die niet gaan over het waarneembaar maken van media, maar over de hinder (en gevaren) die media kan veroorzaken.  

Alternatief voor videobeeld of visuele animaties

Mogelijke alternatieven voor de visuele informatie die je overdraagt via media (video of animatie) zijn audiodescriptie en transcripten.  

Audiodescriptie, transcripten en de verschillen

Audiodescriptie (AD) kan toegepast worden op allerlei vormen van visuele presentaties zoals theatervoorstellingen, kunsttentoonstellingen, live sportevenementen, films, series, videoclips enz. Met audiodescriptie in video wordt tijdens de stiltes in dialoog beschreven welke visuele informatie te zien is. Er wordt dus gesproken tekst toegevoegd aan de video.

Transcripten bestaan uit tekst. Ook hierin wordt alle relevante informatie beschreven die visueel waarneembaar is in media. Het grootste verschil tussen audiodescriptie en transcripten is dat audiodescriptie synchroon loopt met de oorspronkelijke video. De informatie is dus geïntegreerd in de media waardoor het tijdsbestek en de beleving van de video het dichtst komt bij de beleving van visuele waarneming van de video. Transcripten kunnen wellicht ‘meelopen’ met een video, maar worden gezien als een asynchroon alternatief. Audiodescriptie heeft de voorkeur boven tekst, omdat informatie gegeven in dezelfde vorm (auditief) makkelijker te verwerken is. Met audiodescriptie hoeft een gebruiker niet te wisselen tussen bronnen; informatie wordt verkregen via geluid van de soundtrack gecombineerd met geluid van de audiodescriptie in plaats van geluid van de soundtrack gecombineerd met tekst.

Inhoud van het alternatief

De visuele inhoud die beschreven moet worden in audiodescriptie of transcripten is de feitelijke informatie (wie spreekt er, wat gebeurt er), maar kan ook een beschrijving zijn van gezichtsuitdrukkingen, sfeer of informatie die een impliciete boodschap overbrengt. Het gaat min of meer over dezelfde informatie die in een alternatief voor een afbeelding beschreven moet worden. Ook hier geldt; zit de informatie beschikbaar in het audiospoor van een video, dan hoeft dit geen onderdeel te zijn van audiodescriptie of transcript.  

De eisen

Wat je volgens de WCAG moet aanbieden als alternatief – audiodescriptie of transcript – hangt van een aantal factoren af. Waaronder het type video of animatie en op welk niveau (A, AA of AAA) je wilt voldoen aan de WCAG. De WCAG spreekt wat betreft alternatieven voor visuele informatie in media alleen over vooraf opgenomen media. Over visuele informatie in live media wordt niet gesproken. Media hoeft overigens geen alternatief te bevatten als de media op zichzelf al een alternatief is voor een ander medium (zoals tekst of geluid) en als zodanig is gelabeld.

Media met louter videobeeld

Media met louter videobeeld is een video die geen geluidsspoor bevat of een ‘decoratief’ geluidsspoor zoals achtergrondmuziek. Om te voldoen aan WCAG op niveau A volstaat een transcript of de beschikbaarheid van aparte audio met een beschrijving als alternatief voor deze video. Criterium 1.2.1 Louter-geluid en louter-videobeeld beschrijft dat audiodescriptie beschikbaar stellen in de video niet noodzakelijk is. Voornaamst reden is dat het voor louter videobeeld minder storend is als de informatie niet-synchroon beschikbaar is bij de video.  

Video met audio

Bevat je video wel audio dan hangt het af van of je wilt voldoen aan WCAG niveau A of AA wat de eisen zijn aan het alternatief voor de visuele informatie.  

  • Wil je voldoen aan niveau A, dan geldt criterium 1.2.3? Dan volstaat het om een transcript óf audiodescriptie te leveren.
  • Wil je voldoen aan niveau AA dan geldt criterium 1.2.5? Je moet dan audiodescriptie leveren. Een transcript volstaat niet. Ook hier geldt voornamelijk het argument dat audiodescriptie synchroon loopt met de media en een transcript niet. Daardoor is audiodescriptie een volwaardiger alternatief dan een transcript.;
  • Wil je voldoen aan niveau AAA, dan geldt criterium 1.2.8? Je levert de informatie op beide manieren: als audiodescriptie én transcript. Het transcript bevat dan overigens ook alle auditieve informatie. Overigens geldt voor niveau AAA ook criterium 1.2.7. Dit criterium stelt dat als niet alle informatie die je wilt overbrengen met audiodescriptie past in de stiltes van het oorspronkelijke audiospoor, je de video pauzes toevoegt aan de video en de video verlengt zodat er voldoende tijd is om de informatie over te dragen.

Alternatief voor audio (in video of animatie)

Alternatieven voor audio in video of animatie zijn ondertiteling, gebarentaal en transcripten. Deze alternatieven zorgen ervoor dat als de audio niet gehoord kan worden, deze visueel zichtbaar is en in geval van transcripten ook voelbaar gemaakt kan worden met hulptechnologie.  

Ondertiteling voor doven en slechthorenden

Ondertiteling is een globaal geaccepteerde manier om gesproken tekst weer te geven of te vertalen in video. Ondertiteling voor doven en slechthorende bevat echter niet allen gesproken tekst, maar ook andere relevante informatie. Bijvoorbeeld relevante achtergrondgeluiden (het dichtslaan van een deur, overvliegende vliegtuigen, sferische muziek), wisseling van spreker, de toon van spreken et cetera. Alle auditieve informatie uit media wordt overgenomen in de ondertiteling voor doven en slechthorenden. Waar in dit artikel gesproken wordt over ondertiteling, wordt ondertiteling voor doven en slechthorenden bedoeld.  

De eisen

Ook hier geldt dat wat je volgens de WCAG moet aanbieden als alternatief voor audio afhangt van een aantal factoren. De WCAG spreekt wat betreft alternatieven voor auditieve informatie in media over vooraf opgenomen media, maar ook over live media. Vooraf opgenomen media is bijvoorbeeld een film, serie of een eerder opgenomen live-evenement zoals een talkshow, presentatie of journaal. Live media gaat over audio die direct wordt uitgezonden terwijl een evenement gebeurt zoals een live presentatie of nieuwsevenement. Het onderscheid tussen de twee is belangrijk. Live media vereisen dat ondertitels ter plekke worden gemaakt, en daarom zijn de geldende regels en richtlijnen anders. Media hoeft overigens geen alternatief te bevatten als de media op zichzelf al een alternatief is voor een ander medium (zoals videobeeld) en als zodanig is gelabeld.

Media met louter geluid

Media met louter geluid, is media met alleen geluid zoals een audiofragment of een video met alleen decoratief beeld (zoals alleen de weergave van een foto). Om te voldoen aan de WCAG niveau A volstaat het om een transcript alternatief te leveren. Criterium 1.2.1 Louter-geluid en louter-videobeeld beschrijft dat dit een alternatief is, waarin alle auditieve informatie is verwerkt. Dus niet alleen de tekst die uitgesproken wordt, maar ook andere auditieve informatie. Denk aan relevant achtergrondgeluid, de wisseling van spreker, of de toon waarop een spreker praat.  

Wil je voldoen aan WCAG op niveau AAA dan stelt criterium 1.2.9, dan moet ook bij live-media een transcript beschikbaar worden gesteld.  

Video met audio

Betreft het audio in een vooraf opgenomen video dan moet er volgens WCAG-criterium 1.2.2 (AA) ondertiteling voor doven en slechthorende geleverd worden in de video. Hetzelfde geldt voor live-video volgens criterium 1.2.4 (AA).  

Wil je voldoen aan WCAG-niveau AAA dan lever je ook gebarentaal bij vooraf opgenomen audio (criterium 1.2.6) [extern]. Bovendien lever je dan naast de ondertiteling ook een transcript voorzien van alle auditieve én visuele informatie (criterium 1.2.8).  

Eisen aan animaties en video

Behalve dat media waarneembaar moet zijn voor iedereen, moet de media ook bedienbaar zijn en blijven voor iedereen. Bewegend beeld en audio trekt de aandacht — soms té veel. Flitsende animaties of automatisch afspelende video’s kunnen storend of zelfs gevaarlijk zijn. Daarom bevat de WCAG onder principe 2 Bedienbaar met richtlijn 2.3 Toevallen en fysieke reacties eisen aan video en animaties. Belangrijkste criterium is 2.3.1 Drie flitsen of beneden drempelwaarde. Dit criterium stelt dat digitale content niets mag bevatten dat drie keer flitst binnen één seconde. ‘Flitsende content’ kan tot last zijn voor mensen, maar vooral gevaarlijk voor mensen met fotosensitieve epilepsie.  

Onze experts helpen je verder met toegankelijk publiceren

Bewustwording toegankelijk publiceren
In deze bewustwordingssessie leren medewerkers van uitgeverijen waarom digitale toegankelijkheid essentieel is, voor wie het bedoeld is en hoe mensen met verschillende leesbeperkingen toegang krijgen tot content. Zet de eerste stap met deze introductie in brontoegankelijk publiceren. Kom verder!
Trainingen Toegankelijk Publiceren
De experts van Dedicon delen graag hun kennis over het toegankelijk maken van tekst en beeld. Zo geven we workshops, webinars en trainingen. Over de toepassing van onze producten en diensten, maar ook hoe je zelf ervoor kunt zorgen dat teksten en beelden toegankelijk worden voor mensen met een beperking. Op maat, praktijkgericht en direct toepasbaar.
Advies op maat
Dedicon ondersteunt uitgevers met maatwerk in toegankelijk publiceren. Of dat nu gaat om een verdiepende training, een werksessie in huis, co-creatie of advies op maat. Geen vraag is ons vreemd! Kom verder!
Abonneer je op onze nieuwsbrief (nieuw venster)